De biografie Albert Camus, een leven tegen de leugen is in 1997 verschenen en ik heb het boek kort daarna gelezen.
Het is een van mijn lievelingsboeken geworden. De Franse schrijver en filosoof Albert Camus (1913-1960) behoort tot de grote
schrijvers en denkers van de twintigste eeuw en mag, op straffe van geestelijk verval, niet vergeten worden. Deze levensbeschrijving
draagt daar toe bij en is bovendien prettig leesbaar. De schrijver, Ger Verrips, slaagt er in een meeslepend levensverhaal
neer te zetten.
Zijn armoedige jeugd in Frans Algerije; zijn journalistieke werk; zijn toneelwerk (Toneelspelen was Camus ware hartstocht);
zijn leraarschap aan Joodse kinderen onder het Vichy-bewind (een daad van solidariteit); zijn deelname aan het verzet; zijn
vrouwen; zijn filosofische en politieke discussies met Sartre en de zijnen; zijn ziekte (Camus leed aan tuberculose); uiteraard
zijn literaire werk (o.a. La Peste, 1947 en De mythe van Sisyphus, 1942); zijn hartstochtelijke liefde voor een vrij en democratisch
Algerije (hoe weinig is daarvan terechtgekomen!); het absurde auto-ongeluk ten slotte dat hem in 1960 het leven benam toen
hij onderweg was voor zijn tweede bezoek aan Nederland... Het komt allemaal uitvoerig aan bod. En nog veel meer, want Verrips
beschikte over veel nieuw bronnenmateriaal. Er rijst een veelkleurig beeld op van een bewogen mens. Een mens die verre van
volmaakt was. Maar wel een mens die deugde. Iemand die niet meehuilde met de wolven in het bos, die niet mee-fraudeerde
met de onbenullen op het laagste of hoogste niveau. Die niet boog voor het nazisme, niet zweeg toen er gesproken moest worden.
Verrips haalt de filosoof Jean-Paul Sartre (1905-1980) aan die na het overlijden van de man met wie hij gebroken had schreef:
Zijn koppige, eerlijke, zinnelijke humanisme moest het opnemen tegen de onoverzichtelijke, ingrijpende gebeurtenissen
van deze tijd. Maar door zijn hardnekkig weigeren liet hij daarentegen opnieuw duidelijk merken, midden in onze tijd, tegen
de machiavellisten in, tegen het gouden kalf van het realisme in, dat er zoiets als moraal bestond. Het schijnt
overigens het laatste te zijn geweest dat Sartre over Camus heeft gezegd.
Met dit boek is niet het laatste gezegd maar wel veel goedgemaakt. Dankzij deze biografie kunnen we Camus in het perspectief
plaatsen van zijn tijd. Camus hartstocht weerspiegelt echter een zekere tijdloosheid die van hem een levende Don Quichotte
maakte. En dat laatste is bedoeld als een groot compliment, want niet Don Quichotte was gek maar de wereld waarin hij doolde.
Om iemand te citeren die met dit boek overigens niets van doen heeft: Ook ik voel mij een Don Quichotte omdat ik
wil blijven wie ik ben: een ridder in een wereld die niet langer in ridderlijkheid gelooft. Deze uitspraak is
van de acteur Fred Delfgaauw in Peeriodiek 4, een uitgave van Studio Peer en Fred Delfgaauw, jaargang 3, januari 2000.
Albert Camus was een ridder, een gentilhomme, een gentleman, een aristocraat naar de geest, zonder enig spoor
van moreel of maatschappelijk feodalisme. Camus is vaak een somber, pessimistisch mensbeeld verweten. Ik verwerp dat. Hij
was realist omdat hij zag dat de wereld tegelijk een zwijnenstal en een slangenkuil is. Als schrijver en toneelspeler bracht
dat hij dat meesterlijk onder woorden. Hij was echter wezenlijk begaan met de mens en uit alles blijkt dat hij een warm kloppend
hart had. Dit komt literair gezien het best tot uiting in zijn werk "Lhomme révolté (De mens in opstand) waarin hij het recht
op - en de plicht tot! - opstand rechtvaardigt en het revolutionaire, totalitaire nihilisme onvoorwaardelijk afwijst. In zijn
dagboek schrijft hij daarover: De mens in opstand. Ik heb de waarheid willen zeggen zonder op te houden mild te zijn.
Dat is mijn rechtvaardiging.
Deze biografie eindigt aldus: 'Op de laatste pagina van de roman die hem wereldfaam zou bezorgen (De Pest,
JB), komt de figuur die de kroniek schreef van de plaag die de bevolking van een stad had getroffen tot de slotsom
dat er in de mens meer was om te bewonderen dan om op neer te zien. Het gold niet alleen in de wereld van de verbeelding,
maar ook in de werkelijkheid tijdens het leven van Albert Camus. Niet voor iedereen, maar beslist voor hem'
© Jan Bontje 2000/2003