Dit boek is een deel uit een serie bulletins over de Tweede Wereldoorlog die uiteenlopende artikelen - en uiteenlopende
visies áchter die artikelen - samenbrengt. In dit deel (het vijfde inmiddels) bericht Jan Meyers over het "geheim" van Mussert
en schetst Jan Nijdam een opmerkelijk portret van Jan Baars, "marktkoopman en dansleraar, die gegrepen werd door de bruine
ideologie".
In het artikel over Jan Baars komen wij een opmerkelijke zinsnede tegen: "Willem Dijs, hoofd van de bedrijfspolitie
van Philips, was in de jaren dertig een graag geziene gast bij de Duitse politie." En wat te denken van Mr. Louis Einthoven,
"een van de Nederlandse gezagsdragers die in de jaren dertig met de nazi's hadden samengewerkt. Hij maakte gemene zaak met
de Gestapo, waarmee hij in ieder geval de afkeer van linkse raddraaiers deelde, zoals Einthoven zijn politieke tegenstanders
graag omschreef. Een samenwerking die ook na 10 mei 1940 doorging, toen Einthoven als hoofdcommissaris van politie te Rotterdam
overdreven enthousiast de klopjacht opende op de twee Nederlandse militairen die op 14 mei 1940 drie Duitse militairen standrechtelijk
hadden geëxecuteerd." Deze man met bijna dezelfde achternaam als de stad waar Philips groot werd en ook in de oorlog en daarna
groot bleef, beschouwde deze opsporing als een erezaak. In de jaren dertig werkte Einthoven ook samen met de Abwehr
in Berlijn. Schokkend is het om te lezen: "... handelde hij conform de richtlijnen van de regering." Hitler
was immers een bevriend staatshoofd? Na de oorlog werd Einthoven, die in 1979 overleed, hoofd van het Bureau Nationale Veiligheid,
de latere BVD en tegenwoordige AIVD. Whats in a name...
In het artikel "Onder de banieren van het Russische leger" schenkt Perry Pierik uitvoerig aandacht aan de memoires
van Russische militairen over de Tweede Wereldoorlog. "De memoires van Jakolew (Pierik gebruikt de Duitse schrijfwijze,
maar meestal wordt de naam geschreven als Yakovlev; deze was een van de beroemdste Russische vliegtuigbouwers, JB) hebben
mij ook een ander beeld van Stalin gegeven. Op de eerste plaats wordt het de lezer duidelijk dat Stalin geen Hitler was en
goed kon luisteren. (...) Stalin komt er in alle memoires goed af, wat natuurlijk ook niet meer dan logisch is in deze geautoriseerde
boeken, maar in het boek van Jakolew kom je toch ook dichter tot hem."
Uit het artikel van Carel Verhoef over de Wehrmacht "Opa war kein Mörder - blijkt zonneklaar dat de Wehrmacht wel
degelijk medeschuldig is aan de nazi-misdaden en dat niet incidenteel maar structureel en opzettelijk. Zo blijkt uit een rapport
van experts naar een fototentoonstelling over de Wehrmacht die de aanleiding was tot dit artikel, "dat
de Wehrmacht een wezenlijke rol heeft gespeeld bij de genocide op de joden, de misdaden tegen krijgsgevangenen, de uithongering
van de burgerbevolking en het optreden tegen partizanen. Het leger was niet slechts verstrikt geweest in, maar had deels leidinggevend,
deels ondersteunend deelgenomen aan deze acties." Zo blijkt uit grondige bestudering van originele documenten
van de Wehrmacht, dat de oorlog tegen de Sovjet-Unie wel degelijk een "vernietigingsoorlog tegen hele bevolkingsgroepen" was.
Verder bevat deze forse bundel artikelen over Mussert (door Jan Meyers), over de 'Russenoorlog op Texel' (over
de opstand van de krijgsgevangen Georgiërs, door Jet van Swieten), over de diverse inlichtingendiensten in het vooroorlogse
Nederland en over the one and only Bernhard - dit keer zonder anjer (door J.G. Kikkert). In het artikel over Bernhard
worden o.a. zijn bezoeken aan hotel-restaurant Weimar in Rotterdam, waar hij onder meer sprak met "James van Hoey Smith,
directeur van een der oudste scheepvaartondernemingen in Nederland. Hij deed ook aan politiek. Van Hoey Smith was bestuurslid
van de NSB en fractieleider van de NSB in de provinciale Staten van Zuid-Holland. Hij woonde op eerste stand in Rotterdam-Kralingen
(aan de Honingerdijk) en bezat daarnaast een buitengoed op het eiland Voorne, waar prins Bernhard in die tijd wel eens is
komen jagen op konijnen. Ook deze reder-zakenman begreep dat goede betrekkingen met de Duitsers van levensbelang voor de haven
van Rotterdam waren."
In het artikel "Strijd zonder eer", een recensie over het boek "Mannen die niet deugden. Een oorlogsverleden."
dat handelt over collaborateurs en Nederlanders die bij de Waffen-SS dienden (Uitg. Balans, 1998) door J.P. Ipema, staat een
gedicht van de Poolse dichteres Wislawa Szymborska (geb. 1927, JB) dat mij bijzonder trof:
Na elke oorlog / moet iemand opruimen. / Min of meer netjes / wordt het tenslotte niet vanzelf.
Aan elk artikel is een uitgebreide literatuurlijst toegevoegd en achterin het boek is een register, zodat personen
en onderwerpen gemakkelijk terug te vinden zijn. De serie kan daardoor ook gebruikt worden als (niet volledig weliswaar)
naslagwerk over de Tweede Wereldoorlog. De eerste vier delen zijn nog in de boekhandel verkrijgbaar.
Wie meer wil weten van de Tweede Wereldoorlog en de invloed ervan op ons dagelijks leven hier en nu moet deze
rijkelijk geïllustreerde serie aanschaffen.
© Jan Bontje 2003