In zijn indrukwekkende overdenking bij de teraardebestelling van prins Claus op 15 oktober 2002 verwees de theoloog-dichter
Huub Oosterhuis expliciet naar de Joodse bron van de bijbel en daarmee van het christendom. De misplaatste aanspraken op uitverkorenheid
en alle daaruit voortvloeiende ellende in het huidige Palestina / Israel zijn hiermee niet gelegitimeerd. De profetische
droom over een ge-heel-de wereld waarin vrede heerst, een droom die in de Joodse godsdienst en cultuur heel
sterk en prominent aanwezig is, heeft het christendom gevoed en gebakerd en daarmee, naast de Helleens-humanistische ideeënwereld
en de nog oudere Germaans-Keltische cultuur, de westerse samenleving helpen vormen. Dat die droom vaak in een nachtmerrie
verandert doet niets aan de diepgewortelde vredes-eschatologie af.
Dit woordenboek, dat ik overigens enige tijd vóór het overlijden van prins Claus in handen kreeg, toont de diepgaande invloed
van het Hebreeuws en Jiddisj op onze taal en daarmee op onze cultuur. Antisemitisme is, zoals altijd, óók en vooral in dit opzicht zelfhaat: waarin men zelf tekort schiet wordt geprojecteerd op een kunstmatige
vijand: 'de' jood. Het is niet om die reden dat ik dit boekje hier en nu recenseer. Deze dwarse gedachten kwamen
echter onwillekeurig op bij het (her)schrijven van deze recensie.
Of je nu beroepshalve (schrijver, journalist, onderzoeker) of uit algemene leergierigheid of onbedwingbare nieuwsgierigheid
(de gein van het leren, zoals joden zeggen) dit boekje raadpleegt, je komt altijd iets van je gading tegen. Het oer-Hollandse
begrip bolleboos blijkt van Hebreeuwse oorsprong, net als woorden als koosjer, Messias, sjoa (of
shoah), goochem en geintje, waarbij de herkomst evident(er) is. Dat ook rambam dezelfde oorsprong
heeft verbaasde mij eerlijk gezegd.
In de jaren zestig van de twintigste eeuw werd een vriend van mij altijd wel ergens gallisch van. Dit woord blijkt
niets van doen te hebben met het Gallië van Asterix en Obelix, maar is een
Jiddisj woord dat 'misselijk, naar' betekent. Hij gebruikte het dus wel terecht...
Uiteraard kon ik niet nalaten de term Likoed op te zoeken. De naam van deze conservatief-liberale partij in Israël
en daarbuiten blijkt te zijn afgeleid van een woord dat samenbundeling betekent. Zonder gelijkenis in de oogmerken
van beide politieke stromingen te willen suggereren (ik zet het er maar nadrukkelijk bij om onterechte verwijten en misverstanden
te voorkomen) valt het mij op dat het woord fascisme eveneens is afgeleid van een woord dat bundel betekent.
Ook in het Jodendom blijkt de grote verscheidenheid aan ideeën en opvattingen alle schakeringen van de culturele, politieke
en sociale regenboog te weerspiegelen. Zo lees ik tot mijn vreugde dat er ook een Joods-Arabisch dorp in Israël is met de
naam Nevee Sjalom: 'woonplaats van de vrede'. Mijn droom is dat Palestina / Israel mag uitgroeien tot een
Nevee Sjalom!
In een uitgebreide inleiding van ongeveer 60 bladzijden leggen de auteurs verantwoording af van hun - uiteraard door omstandigheden
en karakter bepaalde en beperkte - keuze van de woorden. Zo miste ik de uitdrukking sjappie hendele mendele (hutspot)
waarover ik eerder een column schreef voor de electronische nieuwsbrief van OpSpraak. Ook de gekozen spelling komt in deze
inleiding ter sprake. Het Jiddisch of Jiddisj - een Duitse taal met Romaanse, Hebreeuwse en Aramese elementen, geschreven
met Hebreeuwse tekens - en het Hebreeuws, verschillen immers zo van onze schrijfwijze dat er bij vertaling altijd verschillen
in spelling zullen optreden.
Ik kan iedereen aanraden dit woordenboek aan te schaffen - en dan niet alleen om te weten hoe je sjalom
schrijft!