Het is mij een genoegen u onderstaande ontboezeming te presenteren.
Als er meer van deze enthouisaste jongeren zouden zijn...:
Laatst sprak ik weer eens met iemand over mijn beroepskeuze. "Studeer je?", vroeg een vrouw van rond de
veertig. "Ik zit op de pabo, het derde jaar straks", antwoordde ik.
"Zo, jij wilt dus het onderwijs in." Haar wenkbrauwen rezen van verwondering om zoveel domheid mijlenver omhoog.
"Nou, dat valt zeker niet mee, hè? Die kinderen van tegenwoordig zijn toch zo..." U kunt de zin vast en zeker afmaken, want
80 % van Nederland schijnt zo te denken. Kinderen zijn verwend, hebben een grote bek en zijn niet meer in de hand te houden.
Je moet vandaag de dag wel gek zijn om iets met kinderen te willen gaan doen en, bijvoorbeeld, het basisonderwijs induiken.
Kinderen zijn tegenwoordig niet om uit te staan, is de algemene opvatting. Maar hoe komt dat toch? Ligt het aan hen? Waarom
is het nu zo met de kids van vandaag gesteld, terwijl dat vroeger nooit zo was? Iedereen wijt het aan de kinderen: zij
doen het, hun schuld, klaar. Verder niet over nadenken, want zo is het. Lekker makkelijk, denk ik dan.
Kinderen zijn ontdekkers. Zij willen ontdekken hoe de wereld in elkaar zit, zowel fysiologisch als sociaal.
Daarbij gaan ze experimenteren: ze proberen iets uit en willen zien, voelen en ervaren hoe er op gereageerd wordt. Dit gebeurt
bij het spelen en in de omgang met anderen. Kinderen willen weten of ze heel hoog in een zwiepende boom kunnen klimmen zonder
eruit te vallen. Ze willen weten hoe lenig ze zijn, waar hun grenzen liggen. 'Tot zover gaat het, daarna wordt het te moeilijk
voor me.' Op sociaal gebied werkt het precies hetzelfde. Ze zeggen, vragen of doen iets in afwachting van een reactie, een
antwoord. Soms kan dit iets wel eens iets stiekems, stouts of brutaals zijn. Maar ook in dit geval willen ze een reactie,
een antwoord. Ze willen weten of het geaccepteerd wordt wat zij doen. Wordt het toegelaten, dan gaan ze verder met experimenteren,
maar wordt er door de omgeving, bijv. de ouders, gezegd: "Stop, hier ligt de grens! Dit kan nog, dat niet meer" dan weten
de kinderen dit ook en houden ze zich hieraan. Het verschil tussen vroeger en nu zit hem niet in het kind, maar in de ouder.
De ouder, die niet meer weet waar zijn of haar grens ligt. En als de ouder niet weet waar de grens ligt, hoe moet het kind
dit dan weten? Het wordt tijd dat de ouder zijn of haar grens weer vindt en dit duidelijk durft te maken aan het lieve
kind, want dat schijnt vandaag de dag ook nog heel moeilijk te zijn. Want die kinderen van tegenwoordig...
© Fabian Vormeer, 2002